De timing bij het scannen instellen

Let op!:
Stel eerst de scanmethode in! De timing die kan worden ingesteld, is afhankelijk van de ingestelde scanningmethode. Zie De scanningmethode instellen.
  1. Kies Extra > Scanningselectie....
  2. Kies het tabblad Timing.
  3. Stel eventueel één van de volgende opties in:
    Optie Uitleg
    Staptijd Wanneer scannen is ingesteld om automatisch verder te gaan, kan je de tijdspanne tussen het scannen van één vakje/rij/kolom en het/de volgende vakje/rij/kolom wijzigen.
    Terugstaptijd Wanneer de optie Terugstappen is ingesteld in het tabblad Methode, kan je de terugstaptijd, de tijdspanne tussen het scannen van één vakje/rij/kolom en het/de volgende vakje/rij/kolom wijzigen.
    Wachttijd na groepselectie Je kan de tijdspanne wijzigen waarna verder wordt gescand nadat een rij, kolom of groep is geselecteerd.
    Uitsteltijd na selectie Na een selectie wordt alle invoer van de selectieschakelaar genegeerd gedurende deze tijdspanne.
    Tijd voor indrukken Je kan de tijd wijzigen dat je de schakelaar ingedrukt moet houden voor de selectie wordt uitgevoerd.
    Auto-selectietijd Wanneer de optie Automatisch (na timeout) is ingesteld in het tabblad Methode, kan je de tijdspanne voor de automatische selectie wijzigen.
    Uitsteltijd na stappen Na een stap wordt alle invoer van de stapschakelaar genegeerd gedurende deze tijdspanne. Je kan dit gebruiken om snelle ongewilde opeenvolgende stappen te vermijden.
  4. Voer één van de volgende handelingen uit:
    • Klik op om de tijd te verlagen, klik op om de tijd te verhogen.
    • Sleep de schuifregelaar naar links om de tijd te verlagen, sleep de schuifregelaar naar rechts om de tijd te verhogen.
  5. Klik op OK.